In een DNS-zone staan meerdere records voor een domeinnaam. Ze hebben ieder hun eigen functie. De meest voorkomende DNS-records zijn NS-, A-, MX- en CNAME-records.
NS-records
De NS-records geven aan op welke nameservers de DNS-zone van een domein zich bevindt. De NS-records zorgen ervoor dat de verzoeken voor een (sub)domeinnaam op de juiste nameservers terechtkomen.
Voor al jouw bij Hostnet geregistreerde domeinen worden standaard de nameservers van Hostnet ingesteld. Wanneer je het DNS via ons beheert, zul je dus onze nameservers in de zonefile van je domein zien staan. De nameservers kun je aanpassen via Mijn Hostnet.
A-records
Het A-record vertaalt de domeinnaam die je in de browser invoert naar het IP-adres waar je website staat. Dit is de laatste stap in het DNS van een domein.
Het is mogelijk om verschillende subdomeinen aan te maken die elk een ander IP-adres krijgen toegewezen. Op deze manier zorg je ervoor dat de website van ieder subdomein op een andere server wordt gehost.
De website hostnet.nl staat op een andere locatie dan de website mijn.hostnet.nl. Toch kun je beide websites bezoeken. Dat komt doordat er een extra A-record is toegevoegd aan de zonefile van hostnet.nl voor mijn.hostnet.nl.
Zo zijn er de volgende records:
hostnet.nl A 91.184.8.50
mijn.hostnet.nl A 91.184.8.204
De meest voorkomende wijzigingen bij A-records zijn het aanmaken van subdomeinen of het verwijzen naar een website op een andere locatie.
AAAA-records
Het AAAA-record is feitelijk hetzelfde als het A-record, maar dan voor IPv6-records.
Toen het internet werd ontworpen, dacht men alle servers en apparaten van een IP-adres te kunnen voorzien met de 4,3 miljard IPv4-adressen die aangemaakt kunnen worden met de IPv4-notatie. Door de snelle toename van het aantal mensen en apparaten op het internet zijn deze adressen nu echter bijna op.
Daarom gaan we nu geleidelijk over op IPv6. Met deze notatie kunnen aanzienlijk meer adressen aangemaakt worden. IPv6 is 128 bits. Dit houdt in dat er 2^128 adressen aangemaakt kunnen worden, wat neerkomt op een 3 gevolgd door 38 nullen.
MX-records
MX-records verwijzen naar de hostnames van de mailservers die zijn ingesteld om e-mail voor jouw domein te ontvangen.
MX-records krijgen een prioriteitsgetal (van 0 tot 255). E-mail voor een domeinnaam wordt eerst bezorgd op de mailserver met het laagste getal, en wanneer dit niet lukt op de mailserver met het eerstvolgende getal. Hierdoor is er bij problemen op de eerste mailserver altijd een tweede plek waar de e-mails kunnen worden bezorgd.
Voor diensten bij Hostnet raden we je aan te kiezen voor MX 0. Zo weet je zeker dat de mailserver bij Hostnet het eerst wordt benaderd. Voor een eventuele tweede mailserver kun je bijvoorbeeld MX 20 of MX 50 instellen.
Voorbeeld:
jouwdomein.nl MX 0 mail.example.com
jouwdomein.nl MX 50 mail2.example.com
De MX-records verwijzen dus naar de hostnames van de mailservers. De volgende stap is dat de hostnames van de mailservers verwijzen naar een A-record. Op de server achter het IP-adres van het A-record wordt vervolgens de e-mail voor de domeinnaam afgeleverd:
mail.example.com A 91.184.8.10
CNAME-records
CNAME-records zijn doorverwijzingen naar DNS-records van een domeinnaam. Ze verwijzen vaak naar andere domeinnamen, maar ook naar een record van dezelfde domeinnaam. Met een CNAME-record geef je aan dat het A-record (dat verwijst naar het IP-adres van de opgevraagde hostname) kan worden gevonden op de andere locatie.
Voorbeelden:
www.example.nl CNAME www.example.com.
Het A-record van www.example.nl kan worden gevonden in het DNS van www.example.com.
www.example.com CNAME www.example.nl.
Het A-record van www.example.nl kan worden gevonden in het DNS van www.example.com.
Nog meer DNS-records
Naast de veelvoorkomende DNS-records zijn er nog veel meer records met ieder een eigen functie binnen het Domain Name System. Benieuwd? Bekijk dan ons artikel over de alternatieve DNS-records die Hostnet ondersteunt.